Frequently Asked Questions

Other Languages: Dansk Deutsch Ελληνικά English Español Suomi Filipino Français Indonesian Italiano Japanese Korean Malay Bokmål Polski Português - Brasil Português - Portugal Русский Svenska Thai Türkçe Українська Vietnamese Chinese Taiwan Chinese

DNS Voor Uw Domeinnamen Beheren

Print this Article
Last Updated: February 17, 2015 7:42 AM

Using our DNS Manager, you can use the Zone File Editor to add, edit, and delete zone file records for your domain names registered with us or registered elsewhere and using our DNS (Off-site DNS).

OPMERKING: u kunt de Zone File Editor alleen gebruiken om het DNS te beheren van domeinnamen die gebruikmaken van onze naamservers. In anderen woorden, als uw domein hier is geregistreerd, moet het bij of door ons worden geplaatst, verzonden of gehost. Als het ergens anders is geregistreerd, moet het door ons worden gehost of moet het ons externe DNS gebruiken. Als uw domeinnaam naamservers van een derde gebruikt, dient u contact op te nemen met deze derde om uw DNS bij te werken.

Het kan 48 uur duren voor DNS-wijzigingen van kracht worden op het internet.

Premium DNS Users: Instead of these instructions, see Managing Premium DNS for Your Domain Names.

Ga voor meer informatie over ons externe DNS naar Managing Domain Names with Off-site DNS.

For more information about working with zone files and records, see Domain Name FAQ.

Accessing the Zone File

For Standard DNS accounts, you can access the Zone File from the Domain Details of your domain names are registered here and using our nameservers (not including CashParking® and Quick Content).

Als uw domeinnamen ergens anders staan geregistreerd en deze gebruikmaken van ons externe DNS, volgt u de instructies in Managing Domain Names with Off-site DNS om de Zone File Editor te openen.

To Access the Zone File

  1. Meld je aan bij Accountbeheer.
  2. Klik naast Domeinen op Lanceren.
  3. Klik op de domeinnaam die u wilt gebruiken.
  4. Click the DNS Zone File tab at the top.

Click on the corresponding link for the type of Zone File you would like to add or edit:

A-records toevoegen of bewerken

Een A (host) koppelt uw domeinnaam aan uw ip-adres. Dankzij A-records kunnen gebruikers uw domeinnaam in een webbrowser invoeren om uw website te benaderen. A-records zijn de meest algemene vorm van een zone-record.

Een A-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Selecteer in de lijst Recordtype de optie A (host).
  3. Vul de volgende velden in:
    • Host Name — Enter the host name the A record links to. Type @ to point the record directly to your domain name, including the www.
    • Points to IP Address — Enter the IP address your domain name uses for this host record.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The new A record displays in the A (Host) section.

Een A-record bewerken

  1. In the A (Host) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the host name the A record links to. Type @ to map the record directly to your domain name, including the www.
    • Points to — Enter the IP address your domain name uses for this host record.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

CNAME-records toevoegen of bewerken

Een CNAME-record (Alias) verwijst naar een A-record (Host). U kunt meerdere CNAME-records aanmaken en ze naar een A-record laten verwijzen. De meest gebruikelijke CNAME-records zijn subdomeinen www en ftp.

Met CNAME-records kunt u uw DNS-gegevens eenvoudiger beheren. Als u het ip-adres van een A-record wijzigt, volgen alle CNAME-records die naar dat A-record verwezen automatisch het nieuwe ip-adres. Een alternatieve oplossing, gebruikmaken van verschillende A-records, is niet zo eenvoudig als het gebruik van CNAME-records.

Klik op Terugzetten naar standaardinstellingen in de sectie CNAME (Alias) van de Zone File Editor om de standaard MX-records voor uw domeinnaam te herstellen.

Een CNAME-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Selecteer CNAME (Alias) uit de lijst Recordtypen.
  3. Vul de volgende velden in:
    • Enter an Alias Name — Enter the subdomain name for the alias assignment. For example, type www.
    • Points to Host Name — Enter the host name you want the alias to point to. For example, type @ to map the alias directly to your domain name.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The new CNAME record displays in the CNAME (Alias) section.

Een CNAME-record bewerken

  1. In the CNAME (Alias) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the subdomain name for the alias assignment. For example, type www.
    • Points to — Enter the host name you want the alias to point to. For example, type @ to map the alias directly to your domain name.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

MX-records toevoegen of bewerken

E-mailservers verzenden en ontvangen e-mailberichten op internet. MX-records (Mail Exchanger) specificeren en prioriteren de e-mailservers voor inkomende e-mail die e-mailberichten ontvangen die naar uw domeinnaam zijn gestuurd. Het is vaak niet nodig om uw MX-records te wijzigen. Soms moet u ze bijwerken als u een website met één netwerk host, en uw e-mail in een ander netwerk wordt gehost.

Normally, you have multiple MX records assigned to your domain name, which can prevent lost email messages during an outage. Each MX record has a priority, or a number to designate the order in which your domain name's incoming mail servers receive your email messages. The MX record with the lowest number is the first, or primary, mail server to which outgoing mail servers attempt to deliver your email messages.

Als u bijvoorbeeld MX0 en MX10 hebt, is MX0 uw primaire e-mailserver en MX10 een alternatieve e-mailserver. Als uw primaire e-mailserver niet beschikbaar is, slaat de alternatieve e-mailserver uw e-mailberichten op totdat de primaire server weer online is.

Om de standaard MX-records voor uw domeinnaam te herstellen, kunt u op Standaardinstellingen Herstellen klikken in de MX (mail exchanger) van de Zone File Editor.

OPMERKING: U kunt uw domeinnaam niet instellen voor meer dan één mailprovider tegelijk. Als u een e-mailaccount bij een andere e-mailprovider hebt en u laat uw MX-record naar onze mailservers verwijzen, dan hebt u geen toegang tot uw e-mailaccount.

Een MX-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Selecteer uit de lijst Recordtypen MX (Mail Exchanger).
  3. Vul de volgende velden in:
    • Priority — Select the priority you want to assign to the mail server.
    • Host Name — Enter the domain name or subdomain for the MX record. For example, type @ to map the record directly to your domain name, or enter the subdomain of your host name, such as www or ftp.
    • Enter Goes To Address — Enter the mail server's address, such as smtp.secureserver.net.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The new MX records displays in the MX (Mail Exchanger) section.

Een MX-record bewerken

  1. In the MX (Mail Exchanger) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Priority — Select the priority you want to assign to the mail server.
    • Host — Enter the domain name or subdomain for the MX record. For example, type @ to map the record directly to your domain name, or enter the subdomain of your host name, such as www or ftp.
    • Points to — Enter the mail server's address, such as smtp.secureserver.net.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

Txt-records toevoegen of bewerken

Een txt-record (tekst) is een informatief record waarmee u aanvullende informatie over de genoemde dienst kunt geven. Met een txt-record kunt u notities over een host bijvoegen, of u kunt het formatteren om technische gegevens aan servers te verstrekken. In het formaat name=waarde, waarbij de tekens vóór het eerste = teken de naam zijn en alles na het eerste = teken de waarde, kunt u maximaal 255 tekens invoeren.

OPMERKING: u kunt meerdere TXT-records aanmaken, maar de cumulatieve lengte ervan mag niet langer zijn dan 512 tekens.

Een txt-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Kies in de lijst Recordtypen txt (tekst).
  3. Vul de volgende velden in:
    • TXT Name — Enter the host name for the TXT record. For example, type @ to map the record directly to your domain name, or enter the subdomain of your host name, such as www or ftp. (This field is labeled Host in the TXT (Text) section of the Zone File Editor.)
    • TXT Value — Enter the value you want to assign to the record.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The TXT record displays in the TXT (Text) section.

Een TXT-record bewerken

  1. In the TXT (Text) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the host name for the TXT record. For example, type @ to map the record directly to your domain name, or enter the subdomain of your host name, such as www or ftp.
    • TXT Value — Enter the value you want to assign to the record.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

Adding or Editing SPF Records

Een Sender Policy Framework (SPF) record is een txt-record waarmee u expliciet de uitgaande e-mailservers kunt definiëren die e-mail vanaf uw domeinnaam kunnen versturen. U kunt deze gebruiken om spam tegen te gaan. Wanneer inkomende e-mailservers e-mailberichten van uw domeinnaam ontvangen, vergelijken ze het SPF-record met gegevens van de uitgaande e-mailserver. Als de informatie niet overeen komt, merken ze het e-mailbericht aan als niet-geautoriseerd.

To add an SPF record, you need to use our classic DNS Manager.

Een SPF-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Use classic DNS Mananger.
  2. Klik op Add New Record (Nieuwe record toevoegen).
  3. Kies in de lijst Recordtypen SPF (Sender Policy Framework).
  4. Voor Dit domein verzendt e-mail door selecteert u een van de volgende opties:
    • Us only — Sends email messages from our mail servers only.
    • Us and an ISP — Sends email messages via our mail servers and your ISP's mail servers.
    • An ISP or other mail provider — Sends email from your ISP's mail servers or from another mail provider.
    • No email is sent from this domain — Does not send email from this domain name.
  5. Voer vanaf het tabblad Inkomend een van de volgende handelingen uit:
    • All Inbound Servers May Send Mail — Select this option to allow any incoming mail servers to send email messages. Most inbound mail servers send outbound NDRs (non-delivery receipts).
    • Select individual servers — Select the incoming mail servers allowed to receive email messages.
    • Enter Additional MX Addresses (one per line) — (Optional) Enter additional incoming MX (Mail Exchanger) addresses allowed to receive email messages.
    • Exclude all hosts not specified here (-all) — (Optional) Select this option to block any incoming mail servers not specified here from receiving email messages.
  6. Voer een van de volgende handelingen uit vanaf het tabblad Uitgaand:
    • All Addresses in A Records — Select this option if the IP addresses listed in your A records for the domain name are also outbound mail servers.
    • Enter Additional A Addresses (one per line) — (Optional) Enter additional outgoing A addresses allowed to send email messages.
    • Exclude all hosts not specified here (-all) — (Optional) Select this option to block any outgoing mail servers not specified here from sending email messages.
  7. Voer vanaf het tabblad PTR een van de volgende handelingen uit:
    • PTR (DNS Lookup) — Select this option to allow all servers ending with your domain name to send email messages.
    • Enter Additional PTR Addresses (one per line) — (Optional) Enter additional PTR addresses allowed to send email messages.
    • Exclude all hosts not specified here (-all) — (Optional) Select this option to block any outgoing mail servers not specified here from sending email messages.

      Opmerking: een PTR verwijst naar omgekeerde DNS-records. Als u het PTR aan een SPF-record toevoegt, wordt aan de ontvangende SMTP-server de opdracht gegeven een omgekeerde DNS-zoekopdracht uit te voeren op het IP-adres van de verzendende server, waarnaar in het antwoord een overeenkomst wordt verwacht. Als u aanvullende PTR-adressen invoert, worden antwoorden die eindigen op deze domeinnamen beschouwd als geldige overeenkomsten.

  8. Voer een van de volgende handelingen uit vanaf het tabblad Uitbesteed:
    • Enter Outsourced Domains (one per line) — If an ISP or other third-party server sends email messages from your domain name, enter the third-party domain names you are using.
    • Exclude all hosts not specified here (-all) — (Optional) Select this option to block any outgoing mail servers not specified here from sending email messages.
  9. Klik op Zonebestand opslaan en klik op OK. Het SPF-record wordt in de txt (tekst) sectie weergegeven.

Een SPF-record bewerken

  1. Ga naar de Zone File Editor voor de domeinnaam die u wilt bijwerken.
  2. In the TXT (Text) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  3. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the host name for the TXT record. For example, type @ to map the record directly to your domain name, or enter the subdomain of your host name, such as www or ftp.
    • TXT Value — Enter the value you want to assign to the record.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Klik op Zonebestand opslaan en klik vervolgens op OK.

SRV-records toevoegen of bewerken

SRV (service)-records zijn bronrecords waarmee computers worden herkend die specifieke diensten hosten, zoals ftp. Zo kan een client het SRV-record verzoeken om de hostnaam te vinden die de service voor een specifieke domeinnaam levert. De service kan op die domeinnaam worden gebruikt of een ander zou men kunnen noemen.

Een SRV-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Kies in de lijst Recordtypen SRV (service).
  3. Vul de volgende velden in:
    • Service — Enter the service name of this SRV record. The name should begin with an underscore, such as _ldap, _ftp, or _smtp.
    • Protocol — Enter the protocol the service uses. The name should begin with an underscore, such as _tcp or _udp.
    • Name — Enter the host name or domain name the SRV links to, such as server1. If you want to link the record to your domain name, type @.
    • Priority — Select the priority for the SRV record. For multiple records that have the same Name and Service, clients use the priority number to determine which Target to contact first.
    • Weight — Select the weight of the SRV record. For multiple records that have the same Name, Service, and Priority, clients use the weight number to determine which Target to contact first.
    • Port — Enter the port number for the service, such as 80 or 21.
    • Target — Enter the host name of the server that provides the service this record describes. For example, type ftp.coolexample.com. This host name must be an A or AAAA type in the DNS zone for the domain name that provides the service.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The SRV record displays in the SRV (Service) section.

Een SRV-record bewerken

  1. In the SRV (Service) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Service — Enter the service name of this SRV record. The name should begin with an underscore, such as _ldap, _ftp, or _smtp.
    • Protocol — Enter the protocol the service uses. The name should begin with an underscore, such as _tcp or _udp.
    • Name — Enter the host name or domain name the SRV links to, such as server1. If you want to link the record to your domain name, type @.
    • Priority — Select the priority for the SRV record. For multiple records that have the same Name and Service, clients use the priority number to determine which Target to contact first.
    • Weight — Select the weight of the SRV record. For multiple records that have the same Name, Service, and Priority, clients use the weight number to determine which Target to contact first.
    • Port — Enter the port number for the service, such as 80 or 21.
    • Target — Enter the host name of the server that provides the service this record describes. For example, type ftp.coolexample.com. This host name must be an A or AAAA type in the DNS zone for the domain name that provides the service.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

AAAA-records toevoegen of bewerken

AAAA-records bevatten adressen van het 128-bits internetprotocol versie 6 (IPv6) die niet passen in de standaardindeling van het A-record. 2001:0db8::85a3:0000:0000:6a2e:0371:7234 is bijvoorbeeld een geldig 128-bits/IPv6-adres. Het wijst de hostnaam toe aan een adres dat aan een domeinnaam is gekoppeld en geeft op dat AAAA-records moeten worden verwerkt.

Een AAAA-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Kies in de lijst met Recordtypen AAAA.
  3. Vul de volgende velden in:
    • Host Name — Enter the host name or domain name that links to this AAAA record.
    • Points to IPv6 Address — Enter the 128-bit address.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The AAAA record displays in the AAAA (IPv6) section.

Een AAAA-record bewerken

  1. In the AAAA (IPv6) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the host name or domain name that links to this AAAA record.
    • Points to — Enter the 128-bit address.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

NS-records toevoegen of bewerken

NS-records (Naamserver) geven naamservers van derden het recht om het DNS voor uw subdomeinen te beheren. In elk zonebestand moeten zich minstens twee NS-records bevinden. Wanneer u een NS-record toevoegt voor een subdomein, hebben uw subdomein en domeinnaam verschillende zonebestanden op de naamserver van de derde.

Als uw domeinnaam bij ons is geregistreerd, kunt u de volgende instructies volgen om de bijbehorende naamservers bij te werken, afhankelijk van hoe u de domeinnaam gebruikt of host.

OPMERKING: nadat u NS-records hebt toegevoegd, blijft uw DNS tot 48 uur erna in ons systeem weergegeven. Nadat uw update wordt doorgevoerd, hebt u niet langer toegang tot uw DNS in ons systeem. U dient contact op te nemen met uw onafhankelijke provider om een overeenkomstig zonebestand voor de domeinnaam in te stellen om toekomstige updates van uw DNS te kunnen bijwerken.

Een ns-record toevoegen

  1. In the DNS Zone File, click Add Record.
  2. Kies in de lijst Recordtypen ns (nameserver).
  3. Vul de volgende velden in:
    • Host Name — Enter the subdomain you want to add a NS record for.
    • Points to Host Name — Enter the nameserver you want to use to manage your subdomain.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  4. Click Save, and then click Save Changes. The NS record displays in the NS (Name Server) section.

Een NS-record bewerken

  1. In the NS (Name Server) section, next to the record you want to change, click Edit Record.
  2. Bewerk de volgende velden:
    • Host — Enter the subdomain you want to add the NS record for.
    • Points to — Enter the nameserver you want to use to manage your subdomain.
    • TTL — Select how long the server should cache the information.
  3. Klik op Save (Opslaan) en klik op Save Changes (Wijzigingen opslaan).

Records filteren

You can filter DNS records for your zone file. For example, you can use the filter to view only your A records.

Een record filteren

  1. Go to the DNS Zone File tab for the domain name you want to update.
  2. Selecteer in de sectie Filteren de zonerecords die u wilt weergeven.

Records verwijderen

In de Zone File Editor kunt u DNS-records verwijderen die u niet langer wilt gebruiken.

Een record verwijderen

  1. Go to the DNS Zone File tab for the domain name you want to update.
  2. Selecteer het record dat u wilt verwijderen en klik op Verwijderen.
  3. Click Save Changes.

Uw records controleren

In de Zone File Editor kunt u controleren of de zonebestandrecords van uw domeinnaam kloppen. De resultaten worden naast elke zonebestandrecord weergegeven. Als een van de records niet juist is, kunt u het corrigeren.

Via de functie Zone-records Controleren worden validatiecontroles op recordniveau uitgevoerd. In het bijzonder worden uw A-records gecontroleerd en er wordt gezorgd dat uw uw domeinnamen, subdomeinen en doorgestuurde domeinnamen geldige ip-adressen hebben. Als u bijvoorbeeld een subdomein met een ontbrekend ip-adres creëert, dan geeft het venster Fouten Zone-bestand foutmeldingen weer in de Status-kolom en wordt een Reparatie voorgesteld.

Zone file records van uw domeinnaam controleren

  1. Click the Edit option to get to the Zone File Editor.
  2. From the More icon, click Check Zone Records.

    OPMERKING: als uw records geen fouten bevatten, wordt er een bericht met Geslaagd weergegeven. Als een record een fout bevat, klikt u op Oplossen om het probleem op te lossen.

  3. Review the zone file record results, and then click Close.